Systeemkenmerken

SYSTEEMEISEN SNELWEGBUS (2010, aangepast 2012)

Routing: autosnelwegen
- uitsluitend gebruik autosnelweg ( lange lijnen >50 km)
- bij begin- en eindhalte, snelste route vanaf autosnelweg naar OV-knooppunt NS-station of HOV.

Reistijd: reƫel alternatief reistijd ten opzichte van de auto
(verplaatsingstijdfactor Vf = reistijd auto/ reistijd openbaar vervoer )
- Vf = 1.2 langs de lijn (begin tot eindpunt) 
- Vf = 1.3 - 1.4 deur tot deur
- max. ca 10 minuten (30 km)  - 15 minuten (70 km) extra reistijd deur tot deur.

Snelheid snelwegbus
- Exploitatiesnelheid 100 km/u  (Tempo 100)
- Bij files zijn er doorstromingsmaatregelen voor de bus:
   о streefwaarde 80 km/u.
   о absoluut tijdelijk minimum 50 km/u

Gemiddelde snelheid , afhankelijk van type lijnvoering *
   о KA: korte afstand : 75 - 80 km/u: stop bij (vrijwel) elke snelwegaansluiting : 2.5 - 4km
   о IC:  intercity > 90 km/u, drukste halten, gemiddeld: ca 10 km  
   о rijtijdverlies per halte ca 40 sec.- 1 minuut:
            ∙ streefwaarde stoptijd 20 seconden
            ∙ maximum stoptijd 40 seconden
   o remvertraging en versnelling 1.3 m/s2

Frequentie 
( hoge frequentie biedt korte wachttijden en systeembetrouwbaarheid)
  о frequentie: 10 minuten * 
  о streefwaarde < 5 minuten
* in eerste instantie kan sprake zijn van losse busdiensten

Tarief en betaalsysteem
- tarief 10 cent / km
- geen instaptarief
- korting samenreizen, abonnementen

- betaalsystemen:  
  o eigen systeem (automatisch) : reserveren:  ideal, creditcard, telefoon
  o OV chipkaart ,indien mogelijk.

Halten / stations, situering
   о langs / kort bij de snelweg : geen vertraging door omrijden
   o t.p.v. aansluitingen onderliggend wegennet
   о t.p.v. kruisingen met NS en regionale HOV verbindingen
   
Halte / stations
Comfort, veiligheid en sociale veiligheid stations en routing vanaf openbare weg
- Halten:
   о Minimum: Beschutting halten: droog en uit de wind, geluidniveau <60 dB.
   о Streven: bemande reizigersvoorziening (kiosk)
- Actuele reisinformatie
- Verlichting
- Vrije zichtlijnen naar omgeving
- Veiligheid:
   о verhinderen betreden autosnelweg
   о lage perrons (lage vloerbus)
   о veilige routing mn. voetgangers en fietsers.
 
Voorpleinvoorzieningen:
- fietsenstallingen: min. 50 verder behoefte volgend.
- OV-fiets beschikbaar : 10 verder behoefte volgend.
- P&R: min. 50 pp verder behoefte volgend + 20 % overcapaciteit.
- Bewegwijzering P&R, en fiets (vanaf nabije woonkernen)
- Kiss&ride 2X , taxiplaatsen 2X , verder behoefte volgend
- Shuttelbussen, volgens afspraken mobiliteitsmanagement
- Veilige routing naar omgeving (fietsers voetgangers)
- Directe (overstap)routing , actuele reizigersinfo vertrektijden
   о Andere snelwegbuslijnen
   о Regionale HOV-lijnen
   о Lokale OV-lijnen
* gefaseerd opgebouwd
 
Mobiliteitsmanagement, mobiliteitsmarketing 
- Afspraken met bedrijven binnen 2.5 km van halte over gebruik snelwegbus.
- Afspraken met lokale en regionale overheden over haltering kruisend OV. en
  voorpleinvoorzieningen
- Kennismakingsacties
- Eigen ledenclub
 
Publieksinformatie:
  о lokale media,
  о huis aan huis < 2.5 km afstand halten
  о eigen site 
- Herkenbaar snelwegbus logo
- Uniformiteit vormgeving stations en bussen
 
Bussen, comfort
  о zitplaatsgarantie
  о zitcomfort
            ∙ minimum: steek (afstand tussen stoelen) > 85 cm (Comfortklas)
            ∙ voorkeur: 95 cm royal klas (= NS)
            ∙ kwaliteit stoelen (norm n.t.b.)
  о goede vering (norm n.t.b. )
  о goede klimaatbeheersing (norm n.t.b. )
- gelijkvloerse in- en uitstap, lage vloer (instap)
- ruime deuren: adequaat om stoptijdcriterium te realiseren
- actuele reisinformatie 
- WiFi
- comfortabele rit
  о versnelling, vertraging bij halten 1.3 m/s2
  о (verandering) dwarsversnelling: nieuwe richtlijnen ontwerp autosnelwegen (NOA)
   o halten direct langs de snelweg, voorkomen slingerende route.
 

 
Toelichtend:
In een opstartfase weegt bij de afweging tussen investering voor de realisering van een station, de planning en de vervoerswaarde, de eerste zwaarder door. Halten bij kruisingen met NS en andere railsystemen zullen lastiger te realiseren zijn, want zullen ook extra spoorwegstations vragen.

De frequentie bepaalt de wachttijd (en overstaptijd bij aansluitingen) en daarmee de betrouwbaarheid (in de ogen van de reiziger) van het vervoersysteem. De wachttijd weegt zwaar door ten opzichte van de rijtijd. Dynamische halte-informatie heeft hierop een beperkende invloed. Je moet kunnen wachten op de volgende bus, een 10 minuten frequentie is dan het (absolute) maximum. 

Een (volledig rendabele) 10 minutenfrequentie is reeds mogelijk als enkele procenten van de automobilisten op autosnelweg overstappen naar de snelwegbus (en/of eenzelfde aantal nieuwe reizigers trekt).